20 september 1999. Betreft: DE REIS VAN DE FENIX. Kenmerk: JH/LH990920

FOTO BOVEN: 2005 LA PAZ DE VALLADOLID

Dear Elizabeth, Nijmegen, vrijdag 17 september 1999. Zoëven was Frits Bolkestein op de televisie met commentaren van enkele politieke figuren op zijn vertrek naar BRUSSEL. Het doet mij eraan denken dat ik nog een brief van hem heb in mijn dossier.

Dat dossier - ten behoeve van de holding - staat opgeslagen bij mijn sectie Engels van de blauwe hoed. Vergeet dit niet s.v.p. Het is erg belangrijk voor de opbouw van onze organisatie. De heer Bolkestein kan niet verweten worden dat hij zijn zogenaamde Euroscepsis heeft laten varen. Er zijn verschillende politici die daar niet in geloven. Ik ben er echter van overtuigd dat hij zijn carrière op een schitterende wijze kan afsluiten zodra hij er in slaagt de brug tussen noord en zuid te bouwen conform de lijnen die ik dienaangaande in mijn beleidsplan heb opgenomen. Vanavond had ik Marjo Eurlings aan de telefoon. Haar familie komt inderdaad uit Zuid-Limburg. Het congres begint morgen om 9.00 uur in Utrecht. Als reminder val ik terug op mijn reisverslag van zeven jaar geleden. Ik neem mij voor om de Nijmeegse Cervantes van dit dagboek kennis te laten nemen.

Zondag 24 mei

Rustdag. Een heerlijk bed in de 'Fonda Gumersinda'. Het lijkt hier al iets op Andalusië. Wakker gezongen door de pajaritos, zoals in Córdoba in 1971. Het is nu elf uur. De kerkklok slaat 11 slagen. Door de straten klinkt schitterende klassieke muziek. Dezelfde muziek als gisteravond. Het is melancholieke muziek, hemelse muziek. Tijd om in bad te gaan. Ik ga naar beneden en tref de beeldschone Segunda met haar broer Fernando. Segunda doet me denken aan de doncellas de la venta de Puerto Lápice, waarop onze Ridder verliefd werd en die een aantal streken met hem uithaalde op het moment dat hij de wacht "bij het kasteel" hield. Segunda biedt aan dat Fernando mij de meest interessante punten van het gebied rond Ruidera laat zien. Een beter voorstel had ik niet kunnen krijgen. Ook hier zijn er angelitas enviadas del cielo. Fernando nam mij mee naar de cascadas van Ruidera en vertelde hoe dit dorp aan zijn naam kwam. Het dorp is genoemd naar het geluid van deze waterval. El ruido, het geluid, werd geproduceerd door "la ruidera", "datgene dat geluid voortbrengt". Daarna zijn we langs de prachtige lagunas gereden met prachtig kristalhelder water. Hoofdzakelijk blauwe meren. Ook een groen meer. Uiteindelijk zijn we terecht gekomen in de Cueva de Montesinos. De grot waar don Quijote naar beneden is gegaan en is betoverd door de tovenaar Merlijn. Dit plekje in La Mancha is werkelijk een paradijs. Zoëven heb ik met de Spaanse familie, Gumersinda, van de Fonda meegegeten. Ik ben helemaal in het gezin opgenomen. Segunda is een jaar getrouwd en woont in Madrid. Ze is nu twee weken bij haar ouders op bezoek en zorgt voor het eten. Ik krijg van haar een heerlijke plato "gallado" een typisch manchego gerecht, bestaande uit pasta, verschillende soorten vlees, hazevlees, konijnevlees en champignons. Bij deze maaltijd wordt natuurlijk een lekker glas koele, witte Valdepeñas gedronken.

16.30 uur

Ik zit nu op een eiland, dat via een bruggetje verbonden is met een schiereilandje en de grote weg waar ik de auto heb neergezet. Ik zie een blauwe lucht, helderblauw water en bloemen in alle kleuren. Ik ga nu een hoofdstuk lezen over las Lagunas de la Ruidera uit het boek "La Ruta de Don Quijote" van Azorín. Ik lees hoofdstuk 9 "Camino de Ruidera" en hoofdstuk 10 'La Cueva de Montesinos'.

Ik sluit mijn boek en bestijg mijn Mazda Rocinante. Wederom richting Cueva de Montesinos. Een stuk gereedschap doet dienst om op deze gedenkwaardige 24 mei 1992 het voorbeeld van mijn voorgangers uit de negentiende eeuw te volgen. Ik verdwijn in de grot en teken een hart met daarin een datum: 24-5-'92, daarboven, een tekst: 'D. John', una flecha atravesando el corazón, daaronder 'Dña Elisa', nog een naam en een laatste tekst: "Dulcinea sin par"....... Terug naar La Fonda, langs de merendero del Maese Pedro en de aguas cristalinas van de estanques, en langs de álamos, waar Segunda me uitnodigt en mij de gevraagde verfrissing brengt. De kerkklok heeft zojuist half twaalf geslagen. Morgen is de dag van de Sierra Morena en Córdoba.

Maandag, 25 mei 1992

H. Marsman:

PHOENIX

Vlam in mij, laai weer op;
hart in mij, heb geduld,
verdubbel het vertrouwen -
vogel in mij, laat zich opnieuw ontvouwen
de vleugelen, de nu nog moede en grauwe;
o, wiek nu op uit de verbrande takken
en laat den moed en uwe vaart niet zakken;
het nest is goed, maar het heelal is ruimer.

De fenix is herrezen. Ik schrijf vanuit Sevilla, de Calle Martínez Montañés, in het oude hart van de vrolijkste stad van Europa. Op 800 meter van de EXPO '92. Vanmorgen rond 10.00 uur vertrok ik uit Ruidera.

La madre en la abuela nodigden mij van harte uit nog een keer terug te komen. En dat sluit ik niet uit. Dit onontdekte stukje natuurschoon in het hart van La Mancha is een van de mooiste natuurgebieden die ik ooit heb gezien. En nog onbedorven. Ik vervolgde mijn weg door de rijke wjngaarden van Valdepeñas, de stad waar ik een tussenstop maakte. Toen ik mijn weg vervolgde bleek dat de autovía van Madrid tot voorbij Sevilla doorloopt. Ik had me niet kunnen voorstellen dat grote afstanden nu zo snel te overbruggen zouden zijn. Rond één uur bereikte ik het hoogste punt van de Sierra Morena, de grens van La Mancha en Andalusië. Hier eindigde mijn Ruta de Don Quijote en begon mijn "Reis van de Fenix", te beginnen bij de EXPO van Sevilla. Ik hield hier een stop en werd uitgenodigd in de caravan van een Nederlands-Indisch echtpaar. Ik heb hen van het einde van mijn rituele reis door La Mancha getuige gemaakt. Córdoba Rond half drie bereikte ik Córdoba. Mijn reis van 1971 herleefde. Toen gevlogen naar Málaga, een dag later met Spantax naar Córdoba gevlogen. Nu was ik er met mijn eigen auto. Op eigen kracht, alsof ik nooit was weggeweest. Het was heet in de voormalige hoofdstad van het westers kalifaat. De sfeer is ook veranderd sinds 1971. In die tijd waren de verhalen nog levend van Boabdil en het hof van Medina-az-Zahara. Met het overtrekken van de Sierra Morena was ik tegelijkertijd weer teruggekeerd in het westerse wereldje van het massatoerisme. Was Córdoba in 1971 nog slechts een trekpleister voor 'pericos', mensen die in de geschiedenis van de tres castas waren geïnteresseerd, vandaag de dag wordt de stad overweldigd door horden touringcars uit de Costa del Sol. Ik bezocht nog een keer La Mezquita,

de Puente Romano

en de Callejuela de las Flores, maar werd geconfronteerd met horden middelbare scholieren uit Spanje en Frankrijk die de colablikjes keihard over de in feite zo schone en met bloemen versierde witte straatjes schopten. Ik had het helaas wel gezien in Córdoba. Een ideaalbeeld vervaagde. Ik had geen behoefte meer om nog een keer te overnachten in het Hostal 'Luís de Góngora' en Sevilla '92 lonkte. Verder reed ik door de Vega, over de spiksplinternieuwe Autovía de Andalucía. Nieuwe geluiden. Andere geluiden dan in Castilla-La Mancha, de geluiden van de Cantos de Hispalis. Het geluid van "Je t'aime, I love you, te quiero". Ik naderde Carmona en dacht aan Hendrik Marsman. Ooit schreef hij een gedicht over Carmona. Ooit schreef hij ook een gedicht in Alcalá de Guadaira, niet ver van Carmona, niet ver van Sevilla:

LOS CAMPOS ELISEOS (Alcalá de Guadaira)

Een lemen stroom glijdt tussen de heuvels door,
in de rivier staan oude watermolens,
verweerd en vierkant, uit den moorsen tijd,
hun stompe torens, met de vermoeid bouwvallige kantelen

splijten het blauw, en vormen
in het zacht elegisch landschap
met de geblokte velden
de stukken van een trots,
arcadisch ridderspel.

tuinen;
de korte, schelle vlam van de citroenen,
met felle kogels fonklend in het blad;
aldoor weer tuinen;
welig overwaasd door der olijven
schemergroene grijs.

zuidwaarts deinen in de heuvels
in trage golven stijgend naar het pijnbos.
het lage mos gloeit donker
onder de pracht van leliën en violen.

eindeloos, eindeloos kan men dolen,
over de rode velden, langs de holle wegen
omzoomd door 't manshoog zwaardgewas
van cactus en agaven.

een kerk;
een afgelegen hoeve, de uitgebrande rest van één
van de kastelen, die eens
den gordel vormden om de hoofdstad,
tot zij in twaalf honderd acht en veertig,
onder den laatsten moorsen stormloop viel.

daarachter,
tot aan de witte, schitterende zeevlek
van Sevilla,
het mateloze laagland Andalusia.

Dit is de streek,
waarvan een nuchtere kroniek vertelde,
dat hier de elyseese velden lagen
volgens Homeros,
hier, aan de oevers van de Guadaira,
in 't stroomgebied der Guadalquivir.

Ik "deed" Carmona.
Ik overviel in feite Carmona,
onder het denderend geluid van de Cantos de Hispalis
en vloog vervolgens in duizelingwekkende vaart naar de stad van América 1492,
de stad van Europa 1992,
de stad van de Wereld 1992.

Nimmer heb ik zulk een hulpvaardigheid ervaren bij het vinden van mijn bestemming. Iedereen spande zich in om deze "caballero" de juiste weg te wijzen. Op een kruispunt werd er op mijn dak geklopt en een hulpvaardige Sevillaan vroeg mij waar ik zijn moest. Hij stapte in zijn auto en vroeg mij hem te volgen door de nauwe straatjes van de oude stad. Zijn aanwijzingen waren vervolgens vlekkeloos.

Ook in het gezin van Señora Josefa Carreto werd ik als haar eigen zoon ontvangen. Onmiddellijk voorgesteld aan de hele familie en door een vriendin van de dochter des huizes met een abrazo begroet. Voor de tweede keer ben ik "parte de la familia". Op 800 meter is de EXPO.

Weergaloos!!!!!!

Maar het Sevilla van 1971 vind ik niet meer aan de oevers van de Guadalquivir. Het Sevilla van het Monasterio de la Cartuja, waar eens Don Juan Tenorio, El Burlador de Sevilla, zijn amoureuze triomfen vierde. Die plek is veranderd in het nieuwe venster op de wereld, te bereiken via een aantal schitterende bruggen over de Guadalquivir, waar elke avond het VUURWERK de lucht in vlammen zet en laserstralen aantonen dat Spanje heeft afgerekend met de tijd van Isabel en Fernando, met de tijd van Carlos V en Columbus. Dat Spanje zich in het middelpunt van de aandacht van de wereld heeft gezet en zoals Felipe González gisteren op deze zelfde plek verkondigde, dat Spanje zich opmaakt om in 1997 het meest vooraanstande land van Europa te zijn: Horizonte 1997.

En dat kunnen ze!!!!
Wij moeten ze daar wel bij helpen.

WIJ,

 

Dat feest is niet doorgegaan ten gevolge van het ongelukkig opereren van enkele overheidsfunctionarissen bij hun controlerende taak. Er valt - denk ik - nog wel het een en ander te bespreken bij de familie Straver. Rolf is 'still going strong'. Zijn broer (geboren in 1943) is - naar mijn inzichten - wel het een en ander verschuldigd aan ons bedrijf, voordat hij met pensioen gaat. Vooral in Alkmaar.

Zondag 19 september 1999
Daar heeft mijn goede vriend Jan Wilzing immers nog gepleit voor een hardere aanpak van de vrouwenhandel. Ten tijde van Diana's ontvoering had hij op dat punt ook al actie genomen via het NRC. In dat verband breng ik je hiermee graag in kennis van de faxberichten die ik de heer Wilzing vanaf 9 september 1996 heb doen toekomen: 9 september 1996, 10 september 1996 The Angel on the Bridge, 10 september 1996 Veiligheidsmaatregelen, 22 mei 1997 Eurotop. In september 1997 heb ik hem nog een faxbericht doen toekomen. Het lijkt mij het beste om dat niet aan de grote klok te hangen. Dat neemt niet weg dat ik het oneens ben met de uitspraak van Gerrit Zalm op de voorpagina van Elsevier "Ikzelf betaal niet". Die verantwoordelijkheid zal hij toch wel dienen te nemen. Zeker in verband met de derde verjaardag van mijn declaratie met Prinsjesdag aanstaande dinsdag. Zodra de heer Al Fayed is veroordeeld is Gerrit Zalm aan de beurt. Je kunt een bedrijf toch niet drie jaar op een bedrag van 80 miljoen laten wachten? Daar kan ik heel wat hispanisten mee aan het werk helpen. Jan Wilzing is in dit geval hoofdgetuige nummer één. Mijn faxbericht van 9 september 1996 spreekt daarvoor boekdelen. Vandaar dat ik je eveneens in kennis stel van mijn brieven aan hem op dat gebied vanaf maart 1996: ICB/JW960324, ICB/JW960401, ICB/JW960526, ICB/JW960605 en tenslotte ICB/JW961130.
Ik verwacht derhalve dat de heer Wilzing ter zake ook op korte termijn zijn verantwoordelijkheid neemt. Aan de Costa del Sol schijnt er belangstelling te bestaan van de zijde van een gravin Von Bismarck. Ze heeft één nadeel: Ik ken ze niet. Ouders zijn in een nieuwe situatie vaak geneigd te vitten. Ze kunnen moeilijk afstand nemen van het verleden en het nieuwe accepteren. Zo liet Caroline vanmiddag foto's van mijn ex en haar nieuwe vriend aan mijn moeder zien. Zij kon dat aanvankelijk moeilijk accepteren. Ik heb daarbij getracht haar ervan te overtuigen dat ik een nieuwe keus heb gemaakt, die haar consequenties heeft. Ik vind dat zij die dient te accepteren. Het is míjn keus om met een nieuwe partner verder te gaan in mijn leven. Dus dat probleem heb ik al opgelost. De signalen zijn positief vanuit Houten. Ik werd gisterochtend al met een welgemeende dikke zoen ontvangen op de Drift 21 in Utrecht, door Marjo Eurlings. In dit verband haal ik ook nog een faxbericht aan aan het bestuur van de VSOS in 1997: 16 februari 1997 19.00 uur. Mijn T-shirt droeg daarom een gouden kroon gistermorgen. Het was weer vroeg opstaan om rond 9 uur te arriveren. In de postbus ontving ik twee brieven. De eerste brief (bijgevoegd) luidt alsvolgt:

"ALLES WAT U ALS BESTUURDER VAN EEN STICHTING OF VERENIGING MOET WETEN. Stichting Cervantes Benelux, Postbus 689, 3500 AR UTRECHT. 's-Gravenhage, 9 september 1999. Geachte heer, mevrouw, Bestuurders worden steeds vaker geconfronteerd met de juridische, fiscale en financiële aspecten van uw functie. Zo kunnen bestuursleden persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor hun optreden als bestuurder. Dit kan zowel op civielrechtelijk, strafrechtelijk als fiscaal terrein. De aansprakelijkheid en de vaak grote bedragen die in stichtingen en verenigingen omgaan vormen een risico. Met name de levendige belangstelling van de belastingdienst kan de rekening hoog doen oplopen. Voor bestuurders van stichtingen en verenigingen is het zaak om zich goed te documenteren. Over de mogelijke risico's van hun functioneren en wat daartegen te doen is. Daarom is er nu een handleiding voor bestuurders. In Stichtingen & Verenigingen wordt op heldere wijze uiteengezet wat kan en mag, wat moet en hoe u dat op een gedegen wijze regelt. De ingesloten folder vertelt u er meer over. Er is bovendien een extra argument om Stichtingen en Verenigingen te bestellen. Want, wanneer u vóór 30 oktober 1999 de bestelkaart instuurt, betaalt u geen 149,- maar slechts 49,- voor het hoofdwerk. 100,- korting dus! Bestel daarom nu! Met vriendelijke groet, Elsevier Bedrijfsinformatie bv. Drs. M. Roorda. Uitgever."

Het verdient wellicht aanbeveling naast de Stichting Cervantes Benelux een Vereniging Instituto Cervantes Benelux op te richten. De Belgische kroonprins heeft klaarblijkelijk nog niet goed begrepen wat het verschil is tussen deze twee rechtspersonen. Een vereniging biedt het voordeel dat er betalende leden kunnen worden toegelaten waarmee activiteiten kunnen worden bekostigd. Een Vereniging Instituto Cervantes Benelux maakt ook een fusie mogelijk met de Spaanse Vereniging Instituto Cervantes te Madrid. Vandaar dat ik je adviseer dit handboek te bestellen ten behoeve van onze organisatie. Bij een dergelijke uitbreiding van rechtspersonen dienen verdere taakafbakeningen - zo mogelijk in samenwerking met de Spaanse naamgenoot - te worden geformuleerd. Ook ontving ik bijgaande informatie van de Stichting Meer mensen Mens. Ik heb de informatie pas vanavond gelezen, anders was ik gisteravond beslist even langs gegaan vanuit Utrecht. Wellicht kan jij er iets mee. Ik ben bereid om nog eens aan een bijeenkomst bij Yoyo deel te nemen. Maar bij voorkeur als wij sámen kunnen. Dan kunnen we gelijk ook bij jouw vader langs in Velp. Vooralsnog blijft het bestedingsbeperking totdat de Zilvervloot komt binnenvaren. Daar wordt het wel tijd voor. De Spaanse regering staat immers al flink bij mij in het krijt. De kritische massa in de Benelux wordt al steeds sterker hetgeen ik gisteren heb kunnen vaststellen. Alleen al het feit dat het congres gisteren niet meer werd gehouden op het Domplein, maar op de Drift betekent al een stap vooruit die met zevenmijlslaarzen is genomen en verder zal doorwerken. Tijdens de lunch bij restaurant Luden kon ik weer eens aan het hoofd van de tafel plaatsnemen, mijn favoriete positie. Aan mijn linkerzijde werd ik gezelschap gehouden door de heer Miguel A. Benito Sánchez, directeur van het Colegio Delibes in Salamanca. Ik heb Miguel mijn positie uiteengezet en daarbij omtrent mijn rechten op het handelsmerk laten weten: "El marco comercial 'Instituto Cervantes' en el Benelux vale más de unos mil millones de florines holandeses" (Het handelsmerk 'Instituto Cervantes' in de Benelux is meer dan enkele miljarden Nederlandse guldens waard). "¡Pues, déjalos pagar!" (Nou, laat ze er maar voor betalen), was zijn antwoord, duidend op de Spaanse regering, ofwel de Asociación Instituto Cervantes en Madrid. Daar dienen we dus hard aan te gaan werken in de komende tijd. Ook Peter Slagter was bij de aanwezigen. Hij vroeg mij of ik nog iets van hem wilde. Uiteraard wil ik nog een reactie op het faxbericht van 27 augustus 1997. Ik vond dit echter niet het moment en de tijd om daarover te spreken. Ik ga ervan uit dat hij dat verder met jou regelt. Hij keek namelijk nogal verbaasd toen hij mij in een schrijfblok van de Baak zag schrijven tijdens de oefening van ons aller Nina Kremers van de Universiteit van Amsterdam. Nina verzorgde op een boeiende en onderhoudende wijze in zeer vlot Spaans een workshop 'taller' over leerstrategieën. Tijdens een van de oefeningen - waarbij Peter mijn buurman was - dienden we elkaar naar karaktereigenschappen te vragen. Hierbij vroeg mijn buurman zich af of hij popular was. Ik durf daarbij te stellen dat Peter Slagter een standbeeld verdient op de Plaza Mayor van Salamanca. Hij heeft die stad weer op de kaart gezet met zijn cursus ¡Por Favor! en vele instellingen in die stad daarmee tot grote bloei gebracht. Ik vind dus dat Peter Slagter een plaats in het bestuur van de Stichting Cervantes Benelux verdient! Ondanks het feit dat hij niet direct op mijn berichtjes heeft gereageerd vind ik hem een bijzonder sympathieke persoonlijkheid en zo wordt er in Spanje ook over hem gedacht. Ik heb hem mijn plannen uiteengezet en hem laten weten dat zijn aanwezigheid op het Congres 2000 in Torremolinos door mij op prijs wordt gesteld. Ook door VSOS-penningmeester Ineke Ham werd ik zeer hartelijk ontvangen. Na afloop van het congres heb ik met haar gesproken over de bijeenkomsten met het onderwerp Management maakt meer kapot dan u lief is... Daar moest zij hevig van schrikken. Ik heb haar daarbij verteld dat die titel in mijn visie te maken heeft met de dood van Diana twee jaar hiervoor. Het feit dat wij met verborgen agenda's werkten, waardoor de belangrijkste informatie uiteindelijk begraven ligt in een landgoed bij New Brington.

Maandag 20 september 1999
Ik keek naar Daphne Deckers op de koffie. Ze had veel meer plezier van haar tweede huwelijk dan van haar eerste. Een van de medebewoonsters van het appartementencomplex bracht hier het blad Weekend met tal van verhalen over onze kroonprins en overige familieleden. Als we niet uitkijken is hij ons straks nog vóór ook. Dat kunnen we ons eigenlijk niet veroorloven. Ze zijn nu ook al samen gaan fietsen. Op Schiermonnikoog. Als het maar zakelijk blijft voorlopig, dan heb ik geen bezwaar. Mark, Caroline, Diederik, Genine, Anne-Fleur en Wouter zijn op uitnodiging van hun moeder Marijke enige tijd geleden ook heerlijk op stap geweest op Terschelling. Alexander en Máxima zijn klaarblijkelijk al druk in de weer in het kader van onze PR. Zij haalden wederom de voorpagina van de Telegraaf. Daar kan ik alleen maar gelukkig mee zijn. Ik citeer vandaag: Samen naar de Wadden. Het gaat dus goed met de ontwikkeling van het Instituto Cervantes NBLEW and USA. Het doet mij zeer veel deugd dat de kroonprins thans mijn honneurs waarneemt in Londen en New York. Ik mag aannemen dat hij ook mijn commentaar op het boek van Christopher Andersen in Londen heeft afgegeven ten behoeve van zijn Britse Collega. Zaterdagmiddag zijn we nog gaan lunchen in restaurant Luden aan het Janskerkhof. Toevallig werden we verwelkomd door de receptioniste die mij op 8 september heeft geholpen. Ik heb haar laten weten dat ik mijn Spaanse creditcard heb teruggevonden, maar dat hij is geblokkeerd.

De rekening kan wellicht naar Soestdijk als er in de holding geen geld genoeg aanwezig is. Zo heb ik op 1 augustus 1996 de rekening van het St. Peter's Hospital naar onze Prime Minister laten sturen. Dit kan hij van mijn vordering laten aftrekken door Gerrit, na de verschuldigde rente te hebben herberekend vanaf 1 januari 1997. Het congres was overigens uitstekend georganiseerd. Starring Helma Dam deze keer. Bij aankomst werd ik al direct aangesproken door Dr Leontine Freeve - de Vrijer. Zoals je je - wellicht - kunt herinneren staat Leontine beschreven in mijn brief BESLUITVORMINGSPROCESSEN aan Helma Dam d.d. 14 februari 1998 onder besluitvormingsprocessen. Leontine overhandigde mij de "ACTAS DEL XXXII CONGRESO INTERNACIONAL DE LA ASOCIACIÓN EUROPEA DE PROFESORES DE ESPAÑOL" Deze vereniging organiseert wereldwijd congressen voor docenten Spaans. Ik neem mij voor hen bij de organisatie van het Congres 2000 te betrekken zodra ik weer in Spanje ben. In ieder geval heb ik in Nederland een werkgroep nodig die de werkzaamheden voorbereidt. Ik denk dat jij die werkgroep het beste kunt voorzitten. Ik verwacht zeer zeker een goede medewerking van de mij bekende hispanisten. Zo trof ik ook de heer Drs Cees (C.J.M.) Hacken uit Leende. Cees Hacken is vooral bekend op Cuba. Wellicht kan hij vanuit de holding worden ingezet bij lezingen ten behoeve van het Nederlandse bedrijfsleven op dat eiland als resultaat van de handelsmissie van de heer Ybema. Ook heb ik Sandra Schoenmakers van uitgeverij Coutinho voorgesteld dat zij een stand huren op ons congres, bij voorkeur met andere uitgeverijen als Edelsa, Intertaal etc., kortom: standhouders van het Taalcongres in de RAI kunnen eveneens worden uitgenodigd. Helma wist om 9.30 uur niet precies hoe zij haar gasten naar de Aula moest loodsen. Zij is de groep toen vooruitgegaan onder het motto de echte leider loopt voor de troepen uit. Na haar uitstekende - in het Spaans uitgevoerde - welkomstwoord werden wij voorgesteld aan een zogenaamd "Foro europeo" bestaande uit Ursula Vences (Duitsland), Dorte Etzerodt en Peter Rohde Jensen (Denemarken) en Rodolphe Stambert en Christine Defoine (België).

De heer Stambert noemt zichzelf een 'militante docent Spaans', die met een klein groepje docenten Spaans meer aandacht voor die taal tracht te verwerven in zijn land. Hij verstond geen Nederlands en had naar zijn zeggen nog nooit van de Stichting Cervantes Benelux gehoord. Ik heb hem laten weten dat mijn initiatief bij zijn koningshuis bekend is. Hij lijkt mij geschikt voor een plaats in het bestuur van de stichting. Veel samenwerkingsprojecten worden door hem opgezet met behulp van het programma LINGUA van de Europese Unie. Ik ben van mening dat het (te vormen?) bestuur van de Stichting Cervantes Benelux zich op de eerste plaats moet gaan richten op het verwerven van fondsen ten behoeve van de uitvoering van mijn plannen binnen het niet-commerciële deel van de organisatie. Zijn collega Christine Defoin is "profesora que se dedica a organizar Jornadas". Zij werkt samen met de Consejería de Educación van de Spaanse ambassade in het kader van de PCE (Programa de Cooperación Europea) met als doelstelling: Crear y defender prácticas relacionadas con la pedagogía diferenciada en la enseñanza. In november 2000 organiseert zij een congres in Amsterdam over het thema didaktiek in het taalonderwijs. Dat is voor ons op het eerste gezicht niet zo interessant, wél haar contactpersoon: Jetje Hendriks in Reeuwijk. Het groeiend aantal hispanisten in Denemarken is interessant (De Deense Vereniging van docenten Spaans telt 500 leden), maar op dit moment niet direct binnen het kader van mijn beleidsplan, voor zover ik dat nu kan overzien, of het kan van belang zijn in het kader van mijn samenwerking met Ida Willadsen. Zij komt immers ook uit Denemarken. Na de introductie van dit forum ging het gehoor uiteen in subgroepen. Ik had gekozen voor de workshops van Ana Llamazares/Eppe Timmer en Nina Kremers. Eppe is nog een zeer goede oude bekende, maar was wegens familieomstandigheden verhinderd. Ana gaf niettemin een uitstekende demonstratie op het gebied van telefonische communicatie binnen de sector toerisme. Ik heb in die groep kennis gemaakt met Josefina Gil Fornes. Zij komt uit Valencia en is naar haar zeggen 'de docente Spaans bij de ING' en geïnteresseerd in medewerking aan ons congres in Spanje. Het Spaans van Nina bleek veel té goed voor mij. Reden waarom ik Peter Slagter heb laten weten dat het goed is dat ik in Spanje ben gaan wonen om dat te verbeteren. Peter steekt mij op dat punt ook regelmatig de loef af. Dat is echter normaal. Toen ik mijn eerste lesssen gaf in Arnhem zat hij al met Lola Spencer voor de televisiecamera's. Nina had - naast hetgeen ik al heb beschreven - nog een aardige oefening waarbij twee leerlingen elkaar vragen moeten stellen op dezelfde wijze als Abraham Moszkowicz en Liesbeth Halbertsma dat kunnen doen om de zaak van Mohamed Al Fayed te winnen. Bij voorkeur nog vandaag, want ik heb nog geen reactie ontvangen op mijn voorstel om op 28 september aanstaande een feest te houden in Apeldoorn. En het gaat uiteindelijk om een bedrag van Hfl 180.000.000,-. We moeten dus nog een stukje verder fietsen. Liefde is... ...constant in elkaars gedachten.. Daarom heb ik Marjo Eurlings ook jouw foto laten zien. Ik hoop dus dat we donderdag ook een eindje kunnen gaan fietsen. Op Schiermonnikoog wellicht. Voor een lunchafspraak is vandaag geen tijd meer. Morgen ga ik naar de Lions in Maarn (nieuwe lokatie: manège) en donderdag ga ik fietsen. Waarschijnlijk weer naar Velp en Rozendael en via de Posbank terug. Ik heb nog niets van Lambert van Bodegom gehoord, maar Operatie Heidebezem en D Day-Domino zet zich thans nog sterker door in BRUSSEL nu ik lees: Commissie-Prodi maakt schoon schip. Daar ben ik het slechts ten dele mee eens. Ik ben eveneens van mening dat Turkije niet tot de EU kan worden toegelaten om de doodeenvoudige reden dat dat land voor het grootste deel in Azië ligt en niet in Europa. Laat dat maar weten aan Frits. Groetjes, John. Bijlagen: Brief aan de Stichting Cervantes Benelux van Elsevier bedrijfsinformatie, 's-Gravenhage, 9 september 1999 met bijbehorende folder. Programma en deelnemers IV Congreso de Didáctica del español, Utrecht, 18 de septiembre de 1999; 'Hojas de complementaridad'. P.S. Wil je nog met mij trouwen? Zoniet, laat dat dan s.v.p. zo spoedig mogelijk weten. Zoja, eveneens. Ik moet immers nog een ticket bestellen, maar weet niet waarnaartoe. 15.00 Je hoeft FB niet meer te bellen. Hij heeft mijn standpunt zojuist onder woorden gebracht op Nederland 3.

21 SEPTEMBER 1999 PRINSJESDAG 1999