Mr G. van Amstel Advocaat en procureur Bunnik Datum: 1 mei 2002 Betreft: KENNISMANAGEMENT EN DEADLINES Kenmerk:JH/GvA20020501 Geachte heer Van Amstel, Vandaag heb ik mijn laatste brief aan u d.d. 10 oktober 2001 nog eens nagelezen. Aanleiding is het feit dat het vandaag exact 12 1/2 jaar geleden is dat ik mijn samenwerking met uw cliënte Drs E.H. Halbertsma ben aangegaan in Hoofddorp. Dat klikte perfect, vanaf het allereerste begin. Dit heb ik toendertijd ook met mijn toenmalige echtgenote besproken in Maarn. Zij heeft mij toen geadviseerd "met Liesbeth op één lijn te blijven". Dat advies heb ik toen van haar aangenomen en ben daarvan ook nooit meer afgeweken. U zult zich ongetwijfeld herinneren dat zij u wilde inschakelen bij onze voorgenomen echtscheiding in 1991. Het toen gerezen conflict kwam toen voort uit het feit dat mijn voormalige echtgenote in die tijd - in mijn visie - meer belang hechtte aan de relatie met de buren dan aan de relatie met haar echtgenoot. Het zij zo en wij hebben nadien terzake een onomkeerbaar besluit genomen. Op basis van het loopbaanadvies dat Liesbeth mij daarna heeft gegeven heb ik - reeds in 1992 - mijn koers met haar uitgezet. In de winter van 1993 werd ik benaderd door de heer Drs. T. Breuker, U welbekend. Ik heb hem op 3 maart 1993 nog het volgende geschreven.

"5. Jouw probleem met Nieuw Elan
In de tijd dat jouw probleem met José speelde was ik vrij goed op de hoogte van wat er bij Nieuw Elan speelde. Ik nam wekelijks deel aan het projectleidersoverleg, dat ik samen met Liesbeth notuleerde, tweewekelijks voerden wij stafoverleg, een keer per week had ik samen met Liesbeth een overleg met het secretariaat, een keer per week spraken Liesbeth en ik elkaar onder vier ogen en doordat ik de eindverantwoordelijkheid droeg voor de informatievoorziening was ik van praktisch elk detail op de hoogte. In alle gevallen is Liesbeth altijd zeer discreet omgegaan met persoonlijke gegevens of problemen ten aanzien van personen, of het nu cursisten of collega's waren. Om je heel eerlijk te bekennen is mij van jouw probleem nooit iets ter ore of ter ogen gekomen. Zonder meer achtergrondinformatie kan ik er op dit moment dan ook geen afgewogen oordeel over geven. Op grond van de informatie die ik van jou heb gekregen kan ik op zijn hoogst veronderstellen dat Hortensius als verantwoordelijke directeur voor jouw probleem geen verantwoordelijkheid heeft genomen en Liesbeth Halbertsma de situatie als een voor haar onoplosbaar probleem heeft ervaren en dat kan ik me heel goed indenken op grond van de zware verantwoordelijkheden die op haar, voor een manager nog relatief jonge, schouders rustten en de grote druk die dagelijks door iedereen op haar werd uitgeoefend. Dit wil wat mij betreft nog niet zeggen dat ik van mening ben dat hiermee jouw probleem is opgelost. Als ik hieraan verder een positieve bijdrage kan leveren dan doe ik dat met alle plezier, maar wel onder voorwaarden.

6. Jouw plannen om een rechtszaak te voeren met nationale publiciteit
Ik denk dat het opstarten van een procedure tegen Nieuw Elan, gekoppeld aan een stuk publiciteit, zal leiden tot de onmiddellijke ondergang van dit instituut nog vóórdat de rechter een uitspraak zal hebben gedaan. De publieke opinie is over het algemeen ongenuanceerd, gaat sterk af op primaire signalen en zal een verdachte al gauw vermoorden voordat het de gehele waarheid kent. Helaas werkt dat zo in het algemeen. Als antropoloog zul je dat ook wel herkennen. Wat ik mij afvraag is wat je eigenlijk wilt bereiken. Ik neem aan genoegdoening voor de geleden schade ten gevolge van de manipulaties van Maris. Ik wil in principe aan deze oorlog, want dat zal het voor mij betekenen, wel mijn medewerking verlenen en wel onder
twee keiharde voorwaarden:

1. dat Liesbeth Halbertsma ongeschonden uit die strijd tevoorschijn zal komen en
2. dat ik mede word betrokken bij de strategiebepaling op een zodanige wijze dat wij voortdurend bij volledige consensus verdere stappen nemen.

Wat Liesbeth betreft zal het je duidelijk zijn dat ik persoonlijk erg op deze vrouw gesteld ben, wat in ons cultuurpatroon waarschijnlijk niet past. Ik ben op haar gesteld omdat ze oprecht en integer is en ik in mijn leven met geen enkele persoon ooit zo goed heb kunnen samenwerken als met haar. Als je mij goed kent, ken je haar ook. Het enige verschil is dat zij een vrouw is. Zoals gezegd hebben wij geen enkel contact meer, mede omdat ik haar huwelijk respecteer, maar het straffen van een onschuldige die zich heeft ingezet om een schijnbaar onoplosbaar probleem met al haar beschikbare krachten tot een oplossing te brengen valt buiten mijn gevoel voor rechtvaardigheid. En al zou ik haar nooit in mijn leven meer ontmoeten, ik ben voor haar altijd door het vuur gegaan en zij voor mij en zij weet dat ik haar altijd zal blijven steunen als de situatie daarom vraagt. Een Halbertsma is van huis uit een Fries of een Groninger, met als sterkste eigenschap dat je op ze aankunt en dat ze hun woord houden."

Einde citaat. Gezien het feit dat ik mij vanaf dat moment voortdurend aan bovenvermelde uitgangspunten van beleid heb gehouden bevreemdt het mij dan ook nog ten zeerste dat U mij tot twee keer toe met het begrip 'stalking' heeft geconfronteerd. Een leider loopt altijd voor de troepen uit en niet achter iemand aan. Gisteren vierde ik Koninginnendag. Graag doe ik U hieromtrent mijn persoonlijk werkverslag toekomen. Ik weet niet of ik U ooit nog eens Spaanse les heb gegeven in Doorn of WIJK BIJ DUURSTEDE, maar ik mag aannemen dat U wel een woordje Spaans kunt lezen. Zo niet, laat dat dan maar weten. Ik ken in WIJK BIJ DUURSTEDE immers ook nog iemand die goed bekend is in Madrid en wellicht een functie kan vervullen in het bestuur van de Stichting Cervantes Benelux. Zij was laatst nog in het televisieprogramma Krachtstroom te zien. Samen met mijn voormalige dorpsgenoot Herman Wijffels. Vandaar dat ik terzake vanuit Nederland regelmatig aan de 'boac-groep' in Utrecht heb gerapporteerd. De heer Breuker heb ik gisteren ook een brief gestuurd. Hij luidt alsvolgt: Koninginnendag Deze brief heb ik om 12.40 uur in de brievenbus van het postkantoor van Torremolinos gedeponeerd. De trein van 12.53 was komen uit te vallen. Dientengevolge heb ik een taxi moeten nemen..........

Zojuist (18.00 uur) kwam dit cruise-schip hier voorbijvaren. In dit verband citeer ik eveneens mijn laatste brief aan collega Starren: Cervantes Cruise. Ik verzoek U deze brief aan mijn collega Halbertsma over te dragen. Ik stel voor van het Instituto Cervantes NBLEW een (familie)bedrijf VAN DER HEYDEN/HALBERTSMA te maken en bied daarbij drie keuzemogelijkheden:

1. Privé
2. Zakelijk
3. Allebei

Dit voorstel wordt hier als alleszins redelijk beoordeeld. De deadline is 31 augustus 2002. Ná 28 september 2002 behoud ik mij het recht voor al mijn rechten te verkopen aan de hoogste bieder. Wellicht in Zwitserland. MET VRIENDELIJKE GROET, JOHN VAN DER HEYDEN

26 JANUARI 2003 TISCALI/CWZ TER ATTENTIE VAN MR GIJSBRECHT VAN AMSTEL

ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN