2.10.1.1. MENINGEN OVER CORPORATE GOVERNANCE

Kabinet
Het officiële kabinetsstandpunt inzake het rapport van de Commissie-Peters laat nog even op zich wachten. Afzonderlijke ministers hebben wel standpunten ingenomen. De minister van Financiën heeft zich kritisch uitgelaten over het structuurregime. Net als het Centraal Planbureau in zijn studie "Challenging Neighbours" maakt hij zich zorgen over de kwetsbaarheid van het regime, in die zin dat een slecht functionerende raad van bestuur teveel ruimte kan worden gelaten. Hij overweegt aanpassing van het structuurregime indien ondernemingen zich niet voldoende rekenschap geven van de veertig aanbevelingen van de Commissie-Peters. Overigens lijkt er politieke consensus te ontstaan om eerst de resultaten van de monitoring van de aanbevelingen af te wachten voordat een ingreep in het structuurregime wordt overwogen.
De minister van Financiën wil geen 'Duits model' met werknemersvertegenwoordigers. Een toezichtsraad waarin de belangenpartijen zelf zitting hebben zou de besluitvorming teveel compliceren. Ook de minister van Justitie is tegen een werknemerscommissaris, hoewel zij wel denkt aan een grotere invloed van het personeel op de samenstelling van de raad van commissarissen. Net als het Centraal Planbureau voelt de minister van Financiën voor het idee om leden van de raad van commissarissen bij de gekwalificeerde meerderheid door de algemene vergadering van aandeelhouders te kunnen laten ontslaan. Ook de minister van Economische Zaken vindt dat aandeelhouders de mogelijkheid moeten krijgen om bij wanbeleid bestuurders weg te sturen. Tevens is de minister van Financiën voorstander van:
- het verlenen van stemrecht aan houders van certificaten van aandelen wanneer zij daarom vragen;
- het gefaciliteerd stemmen bij volmacht op de algemene vergadering van aandeelhouders (proxy voting/proxy solicitation);
- het expliciet in het jaarverslag opnemen van de strategie die de onderneming voert, welke doelen zij zich stelt en met welke middelen die moeten worden bereikt.

De minister van Financiën heeft bezwaar tegen ongelijke informatievertrekking (één-tweetjes tussen bijvoorbeeld raad van bestuur en analisten van pensioenfondsen).

REACTIE POLITIEKE PARTIJEN IN 1998