TELEFAX Bestemd voor : Redactie De Telegraaf. Afzender: J.L. van der Heijden. Datum: 9 december 1994. Aantal pagina's: 2. Geachte redactie, Gisteren verzond ik u een faxbericht met de aanhef "Valse start parlementaire enquetecommissie". Ik heb vastgesteld dat deze tekst niet in uw blad van vandaag is geplaatst. Ik adviseer u dat alsnog te doen. Ik ben medeverantwoordelijk geweest voor de erkenning van het particulier mondeling onderwijs in Nederland, heb nadien een staffunctie bij het Management Opleidingsinstituut 'De Baak' van het VNO in NOORDWIJK vervuld en heb enige maanden part-time (op therapeutische basis) bij het documentatiecentrum van de CRI gewerkt, nadat ik door uitputting in het ziekenhuis ben opgenomen en na anderhalf jaar hieruit ben ontslagen. In mijn medisch dossier trof ik overigens bij mijn ontslag aan dat een redacteur van De Telegraaf een bekende van mij is. Het kan niet anders dan dat de georganiseerde criminaliteit de bewijslast heeft omgedraaid m.b.t. inkijk- en afluisteroperaties en onze volksvertegenwoordiging heeft gemanipuleerd tot het verdachtmaken van de politie. Gelukkig dat uw redactie daar thans aandacht aan besteed, o.a. in uw editie van vandaag onder "Justitie-top mogelijk door mafia beloerd met telescoop" en ook de megablunder van de parlementaire enquetecommissie onder "Foutje", door Rob Hoogland. Mijn gezin en ik, dat ik "om zwaarwichtige redenen" heb moeten ontbinden, hebben ten gevolge van dat soort praktijken jaren moeten lijden. Ik hoop dat u mij ook eens te hulp schiet, zoals u in april vorig jaar oud-rector Kray van het Westfries Dag-avondcollege te hulp bent geschoten. Uw redactie kan een bijdrage leveren aan de definitieve beëindiging van de Nederlandse drugscriminaliteit. De tekst treft u hierbij - in enigszins gewijzigde vorm - nog eens aan. Ik verzoek u mijn persoonlijke informatie zo vertrouwelijk mogelijk te behandelen, maar blijf bij het advies om mijn tekst van gisteren alsnog te plaatsen. Ingeval dat van uw zijde op onoverkomelijke bezwaren zou komen te stuiten verzoek ik u mij dit te melden. Als u het artikel niet plaatst om mij te beschermen tegen criminele elementen vind ik dat gerechtvaardigd. Ook mijn telefoon is hoogstwaarschijnlijk afgetapt. Voor nadere informatie kunt u zich uiteraard altijd wenden tot de Stafafdeling Interne en Externe Betrekkingen van de CRI. Hoogachtend, Johannes L. van der Heijden. P.S. Tenslotte wil ik u nog verzoeken mij mede te delen wie de auteur is geweest van het artikel "Gewonnen maar toch zwaar verloren" in de Telegraaf van 24 april 1993. Ik wil graag met hem/haar graag een gesprek. Gaarne een reactie. Het te plaatsen artikel luidt alsvolgt: (als boven)

11 DECEMBER 1994 PROF.DR. B. SMALHOUT TER ATTENTIE VAN DE REDACTIE VAN DE TELEGRAAF