Datum: 14 maart 2000. Betreft: 'GePeperd'. Kenmerk: JH/TBG20000314. Beste Tjitse, Nijmegen, dinsdag 14 maart 2000. Aansluitend op mijn brief van 8 januari bevestig ik je de goede ontvangst van jouw brief van 12 maart 2000 (gepost) met als onderwerpen
1. Het niet ontvangen van jouw brief van medio januari 2000 - commentaar op mijn werk beginnende met briefafschrift 13th October, 1998, Miss Henrietta Rolston.
2. De brief van een van mijn - aan mijn beleidsplan ondergeschikte - advocaten - in casu de heer Van Amstel uit Bunnik, voorheen Wijk bij Duurstede - met als onderwerp 'Halbertsma/stalking'.
3. Het Volkskrantartikel "Blairs 'nanny' veroorzaakt rel" uit de Volkskrant van 7 maart 2000, met als voornaamste passage: "In twee dagen was het weer twee keer raak. Trevor Rees-Jones, de lijfwacht die het auto-ongeluk waarbij Dodi al-Fayed en prinses Diana in 1997 omkwamen overleefde, is inmiddels al vooruitlopend op de publicatie van zijn boek begonnen met 'het grote onthullen'. Belangrijkste nieuws: Dodi had in tegenstelling tot wat eerder beweerd is nooit een verlovingsring voor Diana gekocht. Mohammed al-Fayed, vader van Dodi en eigenaar van het warenhuis Harrods, staat al op zijn achterste benen over het boek.".
Hierop kan ik je de volgende reactie doen toekomen.
Ad1 Dit bevreemdt mij ten zeerste.
Ad 2 Jouw veronderstelling dat mijn adviseur van december 1991 mij heeft verzocht te stoppen met 'stalking' is niet juist. Integendeel. Hij heeft die term - uitsluitend in zijn aanhef - gekoppeld aan de naam van mijn beste collega op het gebied van organisatie-ontwikkeling en is derhalve - middels gemelde brieven - verantwoordelijk voor het in leven roepen van deze associatie, hetgeen ik veroordeel. Wie hem deze term in de mond heeft gelegd is mij niet bekend. Ik heb hem inmiddels twee reacties dienaangaande doen toekomen 1 MAART 2000 SLUITSTUK TER ATTENTIE VAN MR GIJSBRECHT VAN AMSTEL en 11 MAART 2003 THE DRAGON VISION WIZARD OF OZ TER ATTENTIE VAN ADVOCAAT EN PROCUREUR MR GIJSBRECHT VAN AMSTEL op respectievelijk 1 en 11 maart van dit jaar. Ik ben van mening dat hij zich niet meer bezig dient te houden met adviezen die de voortgang van de opbouw van mijn organisatie i.o. in gevaar brengt. Dat is immers in strijd met zijn advies in december 1991 om een handelsmerk te deponeren. In mijn brief van 11 maart heb ik onder meer het volgende gemeld:
"Geachte heer Van Amstel, Uw brief van 9 maart jongstleden heb ik in dank ontvangen. Ten aanzien van uw laatste opmerking vervat in uw brief "Het is derhalve de hoogste tijd dat u het betrekken van uw toenmalige werkgeefster bij uw keuzeproces staakt", deel ik u mede dat ik zelf bepaal wie ik tot mijn relatiecircuit toelaat. Ik wens daarbij niet te worden gehinderd door een advocaat. Ik ben uitsluitend gediend met opbouwende, constructieve medewerking. In dit verband attendeer ik u alsnog op hetgeen ik in mijn brief van 1 maart heb vermeld als: "Ten aanzien van de term 'stalking' verzoek ik u hiermede dit in uw correspondentie te wijzigen in rapportage en mij uw rectificatie terstond te doen toekomen." Uw bevestiging terzake zie ik alsnog onmiddellijk van u tegemoet. Bijgaand ontvangt u nog twee foto's welke op 1 januari 2000 zijn gemaakt tijdens mijn laatste verblijf in Schotland.
Ook nog een oud prentje in verband met mijn relatie met de bekende Spaanse schrijver.
Alsmede een groepsfoto uit de Residentie.
De ene dienst is de andere waard. Meer kan ik tot op heden niet voor u doen. In de nabije toekomst hoop ik wederom van uw diensten gebruik te kunnen maken. Wellicht kunt u de Stichting Cervantes Benelux behulpzaam zijn bij het invorderen van een openstaande post. Hoogachtend, J.L.Van der Heyden."
De vordering van de Stichting Cervantes Benelux op de Staat der Nederlanden onder de naam 'Operatie Don Quichot' bedraagt inmiddels Hfl. 100.653.254,79 - inclusief 10% vangst ROTTERDAM 27-11-1999. Goed dat de voormalige Minister van Binnenlandse Zaken thans de gelegenheid heeft om deze vordering te onderbouwen. Met name inzake zijn verantwoordelijkheid terzake als voormalig Burgemeester van ROTTERDAM.
Ad 3. Deze mededeling is inderdaad in overeenstemming met hetgeen ik in die tijd heb gelezen. Op 31 augustus 1997 was ik per trein onderweg van Utrecht naar 's-Gravenhage. Ik las daar in de Sunday Mirror dat Diana en Dodi hadden besloten uitsluitend 'een vriendschappelijke relatie' aan te gaan. Met dit blijde nieuws toog ik derhalve op de fatale dag naar Den Haag en Noordwijk. De conducteur van de trein bracht mij in kennis van het fatale nieuws. Het verhaal ontkracht wel mijn stellingname dat de heer Al Fayed junior zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot omkoping nadat ik senior op 29 augustus 1997 18.30 Continental time de volgende fax had gezonden: 'Dear Mr Al Fayed, This fax message is to inform that I offer your son a 49% participation in the Family Company 'Van der Heyden/Spencer' to be founded. This will be the best solution for the education of Prince William as a future European Sovereign." Onder die voorwaarde was zijn zoon ook van harte welkom in ons familiebedrijf. Mijn vordering op Harrods bedraagt momenteel Hfl. 130.000.000 plus wettelijke rente vanaf 28 december 1996. Ingeval het gemelde nieuws op juistheid berust ben ik in principe tot een schikking bereid. Ik denk dat de verklaring van Trevor Rees Jones van doorslaggevend belang gaat worden voor de start van Instituto Cervantes Holding Ltd. in Stratford-upon-Avon per 1 juni 2000. De uitspraak van de President van de Rechtbank te Leeuwarden op 29 maart aanstaande zie ik met belangstelling tegemoet. Met vriendelijke groet, John L. Van der Heyden.