22 mei 1997. 15.15 uur. Geachte heer Quataert, Ik bevestig de goede ontvangst van uw faxbericht van 14.18 uur met betrekking tot uw aangetekend schrijven van 18 april 1997.

Op die dag had ik een onderhoud met uw collega Carrollanne Lindley te Londen. Uw brief is op mijn adres bezorgd ten tijde van mijn verblijf in het Verenigd Koninkrijk van 17 tot en met 30 april jongstleden.

Voorts heb ik op uw brief niet gereageerd om de volgende redenen:

1. Ik teken ernstig bezwaar aan tegen de door U gehanteerde terminologie 'Uw persoon' in plaats van 'U'.
2. Ik heb U laten weten dat ik uitsluitend geïnteresseerd ben in een positief samenwerkingsvoorstel. Uw brief maakt daar geen melding van.
3. Ik heb mijn huis per 1 juni verkocht en het verkrijgen van een nieuw dak boven mijn hoofd heeft thans mijn hoogste prioriteit. Te uwer informatie: mijn nieuwe adres wordt per 2 juni aanstaande:
Neude 30C, 3512 Utrecht.

Wellicht kunnen we nadien tot samenwerking komen.
4. Mijn ontwikkelingstaken en bevoegdheden in het
Verenigd Koninkrijk heb ik inmiddels gedelegeerd. Dit heb ik op 14 mei jongstleden persoonlijk gemeld op het Ministerie van Justitie te 's-Gravenhage.
5. Ik heb mijn problematiek in handen gelegd van de Minister President en hem verzocht dit morgen tijdens de
Eurotop te NOORDWIJK met de regeringsleiders van Spanje en het Verenigd Koninkrijk te bespreken, aangezien mijn plan in NOORDWIJK is geboren.
6. Na zeven jaar persoonlijk ontwikkelingswerk, waarin ik vele risico's heb gelopen het leven te moeten laten, ben ik uitsluitend geïnteresseerd in
synergiebevorderende voorstellen.

In het vertrouwen U naar tevredenheid te hebben geïnformeerd zie ik graag uit naar een positief voorstel van de zijde van uw cliënt. Hoogachtend, INSTITUTO CERVANTES. Nederland, België, Luxemburg, Engeland en Wales. J.L. Van der Heyden. CC De Minister President van de Staat der Nederlanden.

18 MEI 1998 BELEIDSPLAN/095000 - AQ 588.096 TER ATTENTIE VAN BUREAU GEVERS TE DIEGEM IN BELGIË