Dinsdag 2 maart 1999. Gistermiddag heeft onze tuinman tussen 16.30 en 18.00 een smeedijzeren rek in mijn raam geplaatst en een veiligheidsslot op de deur teneinde inbraak te voorkomen. Het bovenstaande indachtig heb ik vervolgens ETON COLLEGE gebeld. Ik kreeg het antwoordapparaat aan de lijn. Ik heb daar de boodschap ingesproken voor prins William met het advies uitsluitend met zijn vader te overleggen op dit moment. Voorts heb ik KENSINGTON PALACE gebeld. Ik kreeg een man aan de telefoon. Hem heb ik gevraagd mij te vertellen wat er met mijn brieven aan Diana is gebeurd. Hij verwees mij daartoe naar BUCKINGHAM PALACE. Een vriendelijke dame stond mij te woord en adviseerde mij tijdens openingstijden terug te bellen (na 9.00 a.m.). Je kunt nu óók naar BUCKINGHAM PALACE bellen namens mij. Het wordt belangrijk dat koningin Elizabeth haar royal recommendation afgeeft voor de publikatie van mijn boek. Dan zijn we gelijk van alle speculaties af en komt niet alle last op de schouders te liggen van een jongeman van 17 jaar. Ik moet weer goed naar mijn uitgaven kijken nu mijn maandlast met Hfl. 800,- is verhoogd. Bovendien betaal ik 305 ptas per dag voor de Telegraaf en 380 ptas in het weekend. 1905 ptas in de week dus. Ik heb nog geen reactie ontvangen uit Houten. Vandaar dat ik je deze tekst vandaag aangetekend opstuur met het volgende briefje: DAGBOEK. 14.00 Zending aangeboden op postkantoor met opschrift URGENTE. Aangetekend verzonden onder nummer R20006. Vandaaruit via de Calle San Miguel naar de boulevard gewandeld. De politie was al direct actief in de lucht. Hun heli vloog zo'n kleine vijf rondjes om me heen. Dat is een goed voorteken. Ze houden de situatie dus prima in het oog. Via de trap met het opschrift JonHy weer terug naar het appartement. De Belg van enige tijd geleden riep mij al toe: "U bent al aardig bruin. U lijkt veel op Prins Bernárd". Bij thuiskomst lag er een brief in de bus van de Koninklijke Vereniging van Leden der Nederlandse Ridderorden uit Maassluis met de volgende tekst: "Betreft Uw brief dd. 28 januari 1999. Zeer geachte heer van der Heijden, Hiermede verzoek ik U vriendelijk het adres van Uw overleden vader aan mij op te geven evenals Uw oude adres. Er komen in mijn bestand meerdere personen met de naam van der Heijden voor. U voor de te nemen moeite bij voorbaat dankend, verblijf ik J.M. Roosenboom-van Kempen, administratrice." Hier heb ik om 15.00 uur telefonisch op gereageerd door een boodschap in te spreken op het antwoordapparaat. 17.10 Vluchten van Martinair op 20 en 27 maart zijn volgeboekt. Ik heb daarom een reis met Transavia geboekt op 19 maart en 19 april.