Granada, zaterdag 6 juni
Met de auto door Granada. Wat een avontuur. De eerste afspraak had ik om 10.00 uur met Carmen García Moreno van Eurohispania. Daarna volgden Carmen Linares van Carmen de las Cuevas en Antonio Perales Castro van Castila. Na het bezoek aan Carmen García ging het richting Albaycín, een straat met een stijging van rond de 15 à 20% en praktisch geen mogelijkheid om de auto kwijt te raken. De school 'Carmen de las Cuevas' bevindt zich op de rand van de Sacromonte. De wijk met de grotwoningen. De Cuesta de los Chinos was niet gemakkelijk te vinden. De straatjes zijn smal, stijl en de stenen zijn glad, zodat je er gemakkelijk uitglijdt. De straatnaamsaanduiding laat hier en daar ook nog wel te wensen over, waardoor de school praktisch niet te vinden is. Eenmaal aangekomen werd ik door Carmen verwelkomd met een rondleiding. Carmen runt de school met haar vriend Juan Ignacio Martín, ofwel Nacho. Het pand is trapsgewijs tegen de bergwand gebouwd. Dit is de meest authentieke school die je je maar kunt denken. Toen Carmen het licht aandeed van de verbljfsruimte van de cursisten, ging er een schok door mij heen. Plotseling stond ik oog in oog met de ruimte waarin ik 21 jaar geleden mijn historische verloving heb gevierd tussen de gitanos: una Cueva del Sacramonte.
3 juli 1971
Volgens Carmen heb ik toen nog de goede tijd meegemaakt, want zij kan zich dit soort Juergas niet meer herinneren. De ruimte is ingericht om in te verpozen, video-films te zien en te lezen. De leslokalen zijn via een trap, die de drie terrassen verbindt, te bereiken. Hoe hoger je komt des te hoger wordt ook de kwaliteit van het panorama, het panorama op het Alhambra en de Sierra Nevada. Adembenemend...... Het volgende bezoek ging naar Castila. Nog veel moeilijker te vinden in de Aljibe de los Gatos, nr. 1. Verwelkomd door Antonio Ruiz en Antonio Perales Castro, de directeur. De directeur, een zeer welbespraakte, jonge academicus, afkomstig uit de "herenstad Baeza" vertelde zijn verhaal over de Cármenes de Granada. 'Carmen' is afkomstig van het Arabische 'Al Karm', dat wijngaard betekent. Elke Carmen is een projectie van de innerlijke geestesgesteldheid van de oorspronkelijke bewoner. Zo zijn al deze cármenes van Arabische oorsprong. Wat de 'Judería' is voor Córdoba, en het Barrio de Santa Cruz voor Sevilla, is het Albaycín, de buurt (het gedeelte met de "voisins"), voor Granada. Wandelend door het Albaycín ziet men niet welke rijkdom er achter elke muur is verborgen. Bij aankomst zie je slechts een poort, maar zodra zo'n poort opengaat "salta a la vista" vrijwel steeds en oogverblindend paradijsje, vaak met een patio in de geest van het Palacio Árabe in het Alhambra, of met een koele tuin. 'Castila' is gevestigd in zo'n carmen. Het pand is van geslacht op geslacht overgegaan. Normaliter zijn deze huizen volgens Antonio niet te koop. Het huis is bescheiden, maar zeer authentiek. Het kleinste lokaaltje is via een smalle trap te bereiken en wordt "la torre" genoemd. Van hieruit een blik op de paradijselijke tuin, met een palmboom en een "higuera" een vijgenboom. Hoewel de vijgenboom het zicht op het Alhambra enigszins ontneemt, nodigt deze plek tot contemplatie uit. De mengeling van de geur van oleander en jasmijn, het geluid van zwaluwen en fontijnen en de blik op het Alhambra en de Sierra Nevada maakt een verblijf op deze plek tot een onvergetelijke gebeurtenis.
In de tijd dat ik van de Colonia de San Conrado naar het in het andere deel van de stad gelegen Albaycín reed had Carmen García inmiddels in goed overleg met mij contact gelegd met Carmen Linares en Antonio Perales. Volgens afspraak zijn we rond vier uur met een groep bestaande uit Antonio Perales, Antonio Ruíz, Carmen García, Edgar, de Oostenrijkse journalist en diens vrouw, en Kathy uit Limburg an der Lahn, de kersverse secretaresse van Castila, door het Albaycín gewandeld naar een bar/restaurant waar men normaliter ook met cursisten pleegt te eten. De sfeer was vrolijk, de sfeer was druk, zoals in veel Spaanse bars rond dit tijdstip. Het was er druk. Helaas was Carmen Linares niet aanwezig. Antonio was in het gesprek met mij de tijd vergeten en met haar was er al drie kwartier eerder afgesproken. Ik heb een brindis uitgebracht, "un brindis al futuro y a la Reconquista de Granada". Daarna zijn we aan tafel gegaan. Carmen was een voortreffelijke tafeldame. Onder het genot van een sopa sevillana, met alle soorten vis en mariscos, una pez de espada en rode en witte wijn, spraken we over vele thema's. Carmen komt uit de streek van García Lorca. We spraken over La Casa de Bernarda Alba, Doña Rosita y las Flores, Yerma en Bodas de Sangre. Alles komt hier tot leven. Het thema volksgeloof en "presagios", voortekenen, kwam aan de orde. Carmen is van menig dat dit Lorcaanse denken nog sterk leeft onder de bevolking van de Vega de Granada. Het thema bleek conflictief. Onze vriend uit Baeza was hevig verontwaardigd over de wijze waarop het beeld van het Spaanse denken naar buiten komt ten gevolge van de verhalen van Lorca. Het kruidvat ging open, waarop Carmen voorstelde het maar over voetbal te hebben. Toen kwam toevallig ook even Spanje-Malta (12-1) aan de orde, waardoor Nederland acht jaar geleden voor het Europees kampioenschap werd uitgeschakeld, Boem!!!!! Weer een lont ontstoken. Naar Spaanse begrippen had de UEFA er alles aan gedaan om Nederland groepswinnaar te laten worden door ons land in Aken tegen Malta te laten spelen in plaats van op dat eiland. Vervolgens heb ik maar het thema 'De la Edad Conflictiva' van Americo Castro en mijn afstudeerthema over het erasmismo en het cristianismo nuevo in de Don Quijote aangesneden. Por fin quedamos amigos.
Wandelend kwamen we uit op de
Plaza de San Nicolás.
Aan mijn voeten: het
Alhambra.....
Un suspiro.....
Un sollozo.....
"Ahora siento lo que puede haber sentido Boabdil hace quinientos
años", zei ik Antonio.
El suspiro del Moro.....
6 november 1999
's Avonds op een terras met uitzicht op het verlichte Alhambra tot half twee "pinchado", endivia, quesos, chorizo, etc. met Paco, Antonio's "socio", medevennoot, en Kathy. Gespreksthema's: Antonio Machado, Jorge Manrique, Miguel Hernández, García Lorca, Calderón de la Barca:
"La vida es sueño y los sueños sueños son"
Daarna een Carlos III in een pand dat zo uit de sprookjes van '1000 en één nacht' leek te komen, de Casa de Yangüas. In dit kleine paleis had Antonio ooit gewoond. Onbeschrijflijk mooi. Een Generalife in het klein. We hebben dit huis eerst van onder tot boven bezichtigd. Het geluid van de fonteinen en de indringende klassieke tonen van Ravel, de feeërieke verlichting, de romantische stemming van "una pareja acariciándose", twee beeldschone mensen, en de geur van jasmijn, maakten deze momenten tot een onvergeteljke betekenis.
Granada, paraíso para pocos...
Antonio hoopt in overleg met de eigenaar van dit pand, "el capitán", hierin zijn Castila te kunnen vestigen. Ik heb hem aangemoedigd "en proseguir en esta idea". Rond half vier "de la madrugada" hebben we als "amigos" afscheid genomen met de zekere overtuiging dat de Reconquista in Granada is begonnen.
7 JUNI 1992 TERUG IN HET ALHAMBRA