De heer Tjitse Breuker GRONINGEN Nijmegen, 4 februari 1993 Beste Tjitse, Ik ontving jouw schrijven van 31 januari jongstleden. Ik kan je hierop de volgende reactie geven: De door jou gesignaleerde problematiek aangaande Maris heb ik toendertijd onderkend en mij toen ten doel gesteld het organisatieprobleem van Nieuw Elan van binnenuit op te lossen. Dit is gebeurd. Vanaf 30 oktober 1989 heb ik na aandringen van de projectleidersvergadering en op verzoek van de toenmalige directie van de Baak de functie van officemanager gedurende een half jaar waargenomen. Nadien ben ik tot half juli 1991 als stafmedewerker aan de organisatie verbonden gebleven.

In eendrachtige samenwerking heb ik in die periode met de toenmalige nieuwe adjunct-directeur en huidige directeur, van wie ik de integriteit boven elke twijfel stel, in een nieuwe koers gebracht en betreur het dat de nieuwe Nieuw Elan-organisatie nú nog moet lijden ten gevolge van grove fouten welke in het verleden door het voormalige management zijn begaan. Na het beëindigen van mijn dienstverband heb ik belangrijke beslissingen in mijn persoonlijke levenssfeer aangebracht en werk nu weer aan een nieuwe organisatie. Naar mijn idee zit ik persoonlijk goed op koers onder het motto Plus Ultra, steeds verder. Ik hoop jou met je eigen ontwikkeling een stukje verder te kunnen helpen en ben bereid vrijblijvend met jou van gedachten te wisselen. Morgen, 5 februari, vertoef ik in het noorden van het land en zal jou om 19.00 bezoeken. Excuus voor deze wijze van aankondiging, maar ik kon je voor het verzenden van deze brief telefonisch niet meer bereiken. Tot vanavond. Met vriendelijke groet, J.L. van der Heijden.

18 FEBRUARI 1993 VERDEDIGING VAN MIJN COLLEGA'S