10 augustus 1999. Betreft: HH-HH-90. Kenmerk: JH/LH990810. Dear Elizabeth, Nijmegen, dinsdag 10 augustus 1999. Liefde is... ...een romantisch reisje plannen. Dat is jou wel toevertrouwd. We kunnen er hartelijk om lachen, maar onze ideeën dateren al van 1990. Dat is al een hele tijd, maar zij zullen de 25 ook nog halen en 'plus ultra'. Bij de lokale gebeurtenis denk ik aan de kaatswedsrijden in Franeker. Thans zie ik onze goede vriend Ed Nijpels in het Journaal. Ik citeer: Nijpels' eerste kaatsfeest. Ik ben benieuwd hoe het met zijn Spaans is gesteld. Ik zal hem nog wel eens treffen als lid van de Nederlandse Club Costa del Sol. In Friesland ben ik zondag al van wal gestoken in de M/S Grou. Ik verwacht van jou de follow up. De naam Van der Meij ben ik in Friesland veelvuldig tegengekomen. Hij doet mij denken aan Chris de Meij. Chris was een uitstekende secretaris van de VBMO, toen ik daar nog in het bestuur zat. Ik heb altijd zeer prettig met hem kunnen samenwerken. Wellicht is hij ook wel geïnteresseerd in een - secretariële - functie in onze organisatie. Vanmiddag heb ik weer een onderhoud met Mieke Vermeulen in Utrecht. Op de eerste plaats ben ik natuurlijk geïnteresseerd in de binnengekomen post. Verder sluit ik niet uit dat ik het beheer van mijn appartement in Spanje aan haar kan overlaten als wij met een groep ICH-ers op stap gaan naar Kaapstad en omgeving. Het is van zeer groot belang consequent te blijven en goed onder ogen te houden welke partijen er in de markt opereren. Dat deed ik in het verleden ook altijd als bestuurslid van de VBMO. Chris de Meij heeft mij in de periode 1987/1988 nog een keer voor het laatst bezocht in mijn woning in Maarn namens onze voorzitter Dr. Jacques Koolschijn. Ik heb van de heer Koolschijn toen een brief ontvangen waarvan ik in 1993 nog kopieën heb verzonden naar de toenmalige ministers van Onderwijs en Wetenschappen, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Justitie. Ik hoop dat deze brieven een positieve bijdrage zullen leveren aan de verdere ontwikkeling van ons bedrijf. De heer Koolschijn heeft mij namelijk geadviseerd een 'gespecialiseerd instituut Spaans' te ontwikkelen. Daarom heb ik vanmorgen de volgende brieven verzonden: Programma Spanjebezoek en Instituto Cervantes Benelux. Wat die vrienden betreft die ik op reis zou kunnen tegenkomen denk ik aan de jongedame met de zonnebloem in de trein op vrijdag jongstleden. Achteraf heb ik de undruk dat dat een oude studievriendin is geweest van mij: Petra van Betuw. Ik weet het niet zeker, ik heb haar sinds 1977 uit het oog verloren. Dan ga ik nu naar Utrecht. Hartelijke groet.
P.S. Bijgaand ook nog enkele visitekaartjes van mogelijke participanten in het project, een kaart van het motorschip waarmee ik van wal ben gestoken in Grouw en een boekje van de doopsgezinde kerk in Leeuwarden met kaart voor de dopeling. Goed dat bakker hofleverancier Andringa in Grouw niet hetzelfde lot beschoren is geweest als de bakker in Wolvega (ik kwam er langs met de trein).