ZATERDAG 13 AUGUSTUS 2005
WAARDE COLLEGAE
Gisteravond heb ik weer een bezoek gebracht aan de Bar Dulcinea in het Hotel Cervantes. Voor het maken van video-opnames. Onder meer van het zangduo Mar Adentro. Ik raakte daar al gauw in gesprek met een Brit uit Noord-Ierland met de naam Brian Fitzsimons. Wij hebben met name gesproken over het gestelde in mijn bericht van gisteren. Ook het feit dat WIJ volgens Jonkheer Carel van Nispen tot Sevenaer blijkbaar afstammen van de KONINGEN VAN IERLAND. De man was buitengewoon geïnteresseerd. En wel op een zodanige wijze dat hij op het eind van het gesprek onwel is geworden. Hij sprak uitsluitend Engels en geen Spaans. Bij veel Britten bestaat nog steeds het misverstand dat men hun taal hier verstaat. Daar is in de regel een tolk voor nodig om de communicatie tot stand te brengen. Vanuit dit licht bezien kijk ik vandaag naar de statistiek. Het is klaarblijkelijk nog een klein select groepje dat deze site nog leest. We hebben vandaag slechts 402 bezoekers. Maar dat is nog altijd bijna tien keer zoveel als vorig jaar rond deze tijd. Het gaat nu niet om de kwantiteit, maar om de kwaliteit van de informatie. Zo is het thema Diana klaarblijkelijk zeer onder de aandacht gekomen. Ik heb in dit verband ook aan de heer Fitzsimons uitgelegd hoe Diana belangstelling voor Cervantes heeft opgevat. In een van de zalen van BUCKINGHAM PALACE hangen vier gobelins met afbeeldingen van de don Quijote en Sancho Panza. Op 18 augustus 1997 heb ik die ruimte nog bezocht, zoals beschreven op pagina 406 van mijn boek. Ook Diana's zuster heb ik hierover bericht in mijn brief van 28 april 1998. Ik stel voortdurend vast dat het grote publiek praktisch geen idee heeft van het gemeenschappelijk referentiekader dat Diana en ik samen hadden in die tijd na 31 juli 1996. Een ander gemeenschappelijk referentiekader is het paardrijden. RTL4 zendt hierover vanavond van 20.00 tot 21.00 uur het programma Royalty en Ruiters uit als eerbetoon aan Hare Majesteit de Koningin. Ik heb eveneens belangstelling voor die tak van sport gekregen tijdens mijn samenwerking met Liesbeth bij Nieuw Elan in Noordwijk. In gedachten zie ik de koninklijke familie regelmatig over het strand galopperen.
Koningin Beatrix voorop. Vandaar dat ik weer een aantal brieven uit de periode oktober/november1998 heb doorgenomen met de daarin gemaakte afspraken. Het zijn Intimi, Schot in de Roos, Zalm, Hartewens, So, und jetzt ein Bavaria, Sterren, Sterrenslag, Leo, Elizabeth, Habanananda, Chili con Carne, CMG, Ons Poldermodel, Davies, Dromen, Bijzondere uitnodiging, Parallelboulevard, Legal Affairs, Prins Filip, Wij Johannes en Schittering van Spanje. Zo blijft het thema Diana en Cervantes ook steeds mijn aandacht houden. In dit verband trof ik vandaag op plaats 7 van de Top 20 van 180 zoekopdrachten: diego de miranda el caballero del verde gabán Dit betreft een zogenaamde novela intercalada in de don Quijote. De in CORDON BLEU DIANA vermelde EVA ÁLVAREZ RAMOS heeft het thema aan de orde gesteld. Het gaat onder meer over de Diana van Montemayor. Voor het congres in Valladolid had ik in dat verband de volgende passage uitgeselecteerd uit de vertaling van Barber van de Pol.
MIGUEL DE CERVANTES SAAVEDRA De vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha, edición neerlandesa de Barber van de Pol. ISBN 90 253 0638 I /NUGI 301
Primera parte,
Capítulo 6 (p. 66)
El cura: Hij sloeg er een open en zag
dat het de Diana van Jorge
de Montemayor was en omdat hij dacht
dat ze wel allemaal tot dezelfde soort zouden behoren, zei hij:
'Deze verdienen niet verbrand te worden zoals de andere, want
ze stichten nu noch in de toekomst het onheil dat de ridderromans
hebben aangericht; het zijn verstandige werken, die derden geen
kwaad berokkenen. 'Ach meneer pastoor! zei het nichtje. 'U kunt
ze best laten verbranden, net als de andere; als mijn oom is genezen
van zijn ridderziekte, kan het immers heel goed zijn dat hij het
door het lezen van deze in zijn hoofd haalt herder te worden en
zingend en tokkelend door de bossen en weiden te dolen, of, nog
erger, dichter te worden, wat, zeggen ze, een ongeneeslijke en
besmettelijke ziekte is.' 'Dat meisje heeft gelijk,' zei de pastoor.
'Het is een goed idee onze vriend te behoeden voor dit toekomstige
struikelblok en gevaar. Maar het eerste waarop we stuitten, was
de Diana van Montemayor en ik vind dat dat niet verbrand moet worden, maar
alleen het hele deel over de wijze Felicia en het betoverde
water eruit moet en bijna alle langere gedichten; zijn proza mag
het rustig behouden, en de eer dat dit het eerste boek is in zijn
soort.' 'Het volgende' zei de barbier, 'is de zogenaamde Tweede Diana,
van de Salmantijn, en hier is er nog een met dezelfde titel, van
ene Gil Polo.' 'Nou, dat van de Salmantijn,' antwoordde de pastoor,
'mag het aantal tot het erf veroordeelde gezelschap gaan houden
en aanvullen, maar dat van Gil Polo moet bewaard blijven als was
het van Apollo zelf.
Capítulo
13 (p. 115, 116)
'Heeft Uwe edelen,' antwoordde Don Quichot, 'de annalen en historiën
van Engeland dan niet gelezen, waarin wordt verhaald over de
vermaarde heldendaden van koning
Arthur, die wij in onze Castiliaanse
taal hardnekkig koning Artús noemen en over wie in heel
dat koninkrijk Groot-Brittannië een oude, welbekende overlevering
bestaat, die inhoudt dat deze koning niet is gestorven, maar door
middel van toverij is veranderd in een raaf en mettertijd opnieuw
zal regeren en zijn rijk en scepter zal herkrijgen, reden waarom
men niet zal kunnen aantonen dat sindsdien tot op heden enig Engelsman
ooit een raaf heeft gedood? Welnu, in de tijd van deze goede koning
werd die vermaarde orde van de Ridders van de Ronde Tafel ingesteld.
Dit is de brief die ik terzake in maart 1997 heb ontvangen.
Ik ben ervan overtuigd dat Diana Spencer in deze thematiek was geïnteresseerd en daarom het contact met mij is aangegaan en vervolgens verborgen agenda's heeft gehanteerd. Zoals WIJ dat ook deden bij Nieuw Elan. Ik zie dus met belangstelling uit naar de publikatie van haar dagboek. Manuel Muñoz Ruiz is in dit verband ook weer terug op 13. En Nerja op 14. Hierbij denk ik vanzelfsprekend ook aan mijn verhaal over Santa Diana. 16. roosenboom De heer Jim Roosenboom was medewerker van het Sint Radboudziekenhuis in de tijd dat de directie van dat bedrijf - de heer Werner- mij daar gastvrijheid had geboden in 1993. Ik heb de heer Roosenboom toen een stuk overhandigd ten behoeve van het dossier. Dit teneinde te voorkomen dat hij zou afgaan op de fantasieverhalen van een huisarts. Hij staat vermeld in mijn brieven over Videotherapie, Probleem Liesbeth en Uitnodiging Stiens. 17. rosa mockton of monckton is uitermate belangrijk. Zij heeft de laatste echte vakantie met Diana meegemaakt naar Griekenland in de week dat ik mij in Engeland bevond in gezelschap van een groep met Vorsten reizende mensen. Rosa heeft al bevestigd dat Diana absoluut geen trouwplannen had met Dodi Fayed. Zij heeft zelfs nog geprobeerd iets te ondernemen tegen de 'womeneater'. Ik heb dat nog gemeld in mijn brief In Koninklijke Dienst. Zij staat ook vermeld in Diana, verhaal van een prinses deel 4. Op 19 sandra marsman die ik in verbinding breng met de fenix van de gelijknamige dichter. 20.25 Ik zie thans ook de uitzending uit Apeldoorn met de heer Ter Molen naast Hare Majesteit de Koningin.
Dat doet mij deugd als buitengewoon lid van de VERENIGING VAN OFFICIEREN CAVALERIE. Wordt het dan toch weer 28 SEPTEMBER?