3 juli 1996. Betreft: ORANJE KAVIAAR
Kenmerk: ICB/PO960703.
Elle est retrouvée. Quoi? - l'Eternité. C'est
la mer allée
Avec le soleil.
Beste Peter,
Dit is een historische brief. Vanavond ontving ik het bericht dat de eerste cliënte van het Instituto Cervantes Benelux voor haar staatsexamen Spaans HAVO/VWO is geslaagd. Het is de eerste keer dat dit examen is afgenomen. Daarmee heeft mijn Instituto Cervantes de primeur en vanaf heden een permanent rechtinstandhoudend gebruik gevestigd in de Benelux. Mijn naam en dat van mijn erfgenamen zullen vanaf heden tot in lengte van dagen aan het Instituto Cervantes verbonden blijven. Het komt er nu op aan om het Instituto verder te operationaliseren. Gisteren bezocht ik mijn bedrijfsarts. Wij zijn gezamenlijk de mening toegedaan dat de zware druk als enige verantwoordelijke voor een marktsegment van miljoenen mensen mij nog arbeidsongeschikt houdt. De druk kan niet op één punt blijven rusten en dient dus te worden verdeeld over meerdere 'poppetjes'. Ik moet kunnen gaan delegeren. Dat betekent dus dat ik vanaf heden behoefte heb aan geschikte, betrouwbare managers die het instituut gaan opstarten en runnen. De bedrijfsvereniging hecht hier haar goedkeuring aan. Ik rapporteer overigens direct aan de Minister van Justitie. De ontwikkeling van mijn Instituto Cervantes zal parallel gaan lopen met de ontwikkeling van Europol. Mijn toekomstige medewerkers dienen immers meer dan honderd procent verzekerd te zijn van hun persoonlijke veiligheid binnen het marktsegment. Met mijn oude schoolkameraad en 'brother in arms' Herman de Koning heb ik inmiddels een leuk contact opgebouwd in het kader van een gemeenschappelijke hobby: familie-onderzoek. De Stichting Cervantes Benelux mag zich overigens in een koninklijke belangstelling verheugen. Ik ben met name veel dank verschuldigd aan Hare Majesteit Koningin Beatrix en de Rooseveltstichting die ervoor hebben zorg gedragen dat de relatie met Su Real Majestad don Juan Carlos sterk is verbeterd door Hem in Middelburg de Four Freedoms Award uit te reiken. Don Juan Carlos is zeer aan het gedachtengoed van Cervantes gehecht. Hare Majesteit heeft zich bij deze gelegenheid een voortreffelijke ambassadrice voor het Instituto Cervantes Benelux getoond. Ik ben Haar daar buitengewoon dankbaar voor. Teneinde dit heuglijke feit, alsmede de uitreiking van de Karelsprijs aan onze Koningin, te vieren heb ik mij vorige week in het Stadhouderlijk Hof te Leeuwarden, de bakermat van onze Koninklijke Familie, vorstelijk laten onthalen. Het voortreffelijke vijfgangendiner deed mij enigszins denken aan de 'cuisine OTTENHOFF'. Het was gegarneerd met oranje kaviaar. Ik bestudeer thans ook de familiegeschiedenis van de familie Van Oranje-Nassau. Ik kan mij nu ook een beeld vormen van wat het betekende als een lid van de familie werd verheven van 'Heer' tot 'Jonkheer' etc. Dat geeft een heel bijzonder gevoel. In mijn persoonlijke leven denk ik dat ik er ook weer eens aan moet gaan denken om een dame om haar hand te vragen teneinde met mij het tweede gedeelte van mijn leven te delen. Dat is niet eenvoudig, want vindt maar eens iemand die je je volledige vertrouwen kunt geven. Dat is voor mij nog een persoonlijk dilemma. Ik ga hier ook heel omzichtig mee om. Ik heb behoefte aan romantiek. Een tweede huwelijksreis. Champagne in een bubbelbad, urenlange strandwandelingen, verzoening. De Willem-Lodewijksuite van het Stadhouderlijk Hof bevat ook zo'n prachtig bubbelbad als bij jullie thuis.
Een strandwandeling kan ik gelukkig weer maken op 10 september a.s. Ik neem dan deel aan de Strategisch Perspectief-bijeenkomst Spin in het web, duizendpoot? op de Baak te NOORDWIJK. Ik zie er zeer naar uit. Ooit heb ik eens aan een oud-collega een gedicht geschreven met de titel 'Een droom van rood en geel'. Eén van de coupletten luidde
'Een zaad geplant
in een donker land
is gestadig aan gaan groeien
De toekomst heeft een gouden rand
Een plant is weer gaan bloeien'
Un abrazo
Bijlage: Het feest van de majesteiten (De Gelderlander 13 mei
1996)